"Wat? Is de wandelclub naar Matterhorn gelopen? Die berg gelegen op de grens tussen Zwitserland en Italië met een hoogte van zo'n 4400 meter? En dat in dit seizoen? Wat een stoere Stadsdorpers"! Nee, hoewel ons clubje uit stevige doorzetters bestaat was het zaterdag 22 februari 2020 wel heftig, maar niet zó heftig.

Matterhorn is de eindhalte van tramlijn 1, ver weg in West aan de rand van de nieuwbouwwijk de Aker. En daar begon onze maandelijkse wandeling door Lutkemeer, Osdorper Binnenpolder, Raesdorp. Windkracht 7 tot 8, en op de hoge kale dijken wellicht nog wel meer, aangekondigde regen en donkere luchten weerhield de 16 deelnemende wandelaars niet om er meteen goed de pas in te zetten.



Via Begraafplaats Westgaarde met een herdenkingsmonument voor de vliegtuigramp op Tenerife in 1977, en boerderij De Melkweg bereikten we de Lutkermeerpolder, drooggemalen in 1864. Via een prachtig weidepad liepen we langs de slootjes door de Osdorper Boven- en Binnenpolder tussen de ganzen en ooievaars. We zagen groepen schapen en dartelende pony’s. De eerste voorzichtige bloesem, krokusjes en een heel voorzichtig groen waas her en der in de bomen.



Na zo'n 6 km stevig doorstappen bereikten we de Fruittuin van West. Voor een deel van onze groep was deze locatie nieuw en een verrassing: een biologisch oord waar fruit en groenten worden geteeld, de weilanden en de fruitboomgaarden in het seizoen toegankelijk zijn om aardappelen, groenten te rapen en fruit te plukken, een behoorlijk grote ruimte waar champignons en andere producten werden gekweekt en overheerlijke versproducten als brood, sapjes, vlees en kaas konden worden gekocht. Voor het zomerseizoen een heerlijk doel om naar toe te fietsen.

Na wat heen en weer gepraat werd besloten de tocht niet in te korten, maar volledig te volgen. Dus in totaal nog 5 km te gaan. En dat hebben we geweten. We liepen over hoge grasdijken waar de wind vrij spel had. Soms moest je elkaar vasthouden om niet omver geblazen te worden of je volle gewicht in de strijd gooien om tegen de windvlagen in toch vooruit te komen. Een aantal keren werd het pad gekruist door houten hekken waar je alleen maar overheen kon klimmen. Met onze stramme lijven was dat voor enkelen niet eens zo makkelijk, en dan is het fijn als er helpende handen worden aangereikt.

We hielden straf vol, maar menige opgeluchte zucht werd geslaakt toen we weer het verharde pad bereikte en het eindpunt in zicht kwam. Een van ons merkte op: "zie ons nou lopen. De jongeren zitten thuis achter hun schermpje en wij ouwetjes trekken er in dit weer op uit". Dat maakte de tevredenheid en voldoening alleen maar groter.