Zaterdagochtend 20 mei 2023 verzamelde een grote groep wandelaars van de 10+ km groep van Stadsdorp Gracht en Straatjes zich op het Centraal Station. De trein bracht ons naar Weesp, dit keer begin- en eindpunt van de wandeling.

Door de charmante straatjes van Weesp begaven wij ons eerst naar ‘De Eendracht’ voor koffie en thee. Daarna was het tijd stil te staan bij de geschiedenis van het stadje. En wat bleek? Het was op 20 mei precies 668 jaar geleden dat graaf Willem V van Holland stadsrechten had verleend aan deze nederzetting aan de Vecht.



Een periode van bloei volgde, niet in de laatste plaats door het schone Vechtwater dat de vestiging van talrijke bierbrouwerijen en jeneverstokerijen mogelijk maakte. Maar Weesp werd in de 19e eeuw ook bekend door cacao en chocolade toen Coenraad Johannes van Houten zich er in 1850 vestigde. Dankzij de uitvinding van het minder zwaar op de maag liggende cacaopoeder groeide het bedrijf voorspoedig; begonnen met drie werknemers, waren er in 1900 al rond de duizend mensen in Weesp aan de slag, mede dankzij uitgekiende en massale reclameactiviteiten. Nu bleek ook dat wij onze koffie hadden gedronken in een pand waar ruim honderd jaar geleden twee dochters van Coenraad Johannes hadden gewoond, heden en verleden liggen altijd dicht bij elkaar. Wat trouwens ook gold voor het voormalige Weesper stadhuis, gebouwd in de periode 1772-1776 door de Amsterdamse architect Jacob Otten Husly. Dezelfde bouwmeester die ook de voorgevel ontwierp van Felix Meritis aan de Amsterdamse Keizersgracht, een mooi bruggetje naar onze eigen habitat.



Aangekomen bij molen De Vriendschap, die zijn wieken vrolijk liet draaien, was er gelegenheid onze kennis van verschillende soorten molens en de daarin verrichte activiteiten weer eens op te frissen. Het moet in de 17e eeuw en later een mooi gezicht zijn geweest, al die molens waar werd gemalen, geperst, gepeld en gezaagd. Na een kijkje binnen in de molen, waar nog altijd graan gemalen wordt, sleepte menig wandelaar de rest van de wandeling een pakje meel in de rugzak mee.



Langs de mooie Vecht lopend werd nog één keer stilgehouden en wel bij de plek waar in 1437 een dam werd aangelegd en later een fort gebouwd. Die dam, gebouwd op last van de bisschop van Utrecht, zorgde er wel voor dat het overstromingsgevaar dat tot in de stad Utrecht aan toe aanwezig was, afnam, maar veroorzaakte ook overlast voor de scheepvaart. Vandaar de naam: Hinderdam. Later werden er wel sluizen aangelegd (nog weer later verplaatst naar Muiden), zodat de hinder minder werd, maar de naam bleef toch bestaan. Wat nu resteert is een eilandje in de Vecht met de restanten van een fort dat ook in de 20e eeuw nog dienst heeft gedaan, maar nu geheel aan het oog is onttrokken door een zeer uitbundige begroeiing.



Vanaf dat punt liepen we de Aetsveldse polder in over een pad met aan weerszijden fluitenkruid en koolzaad. Tussen de weilanden door met aan de steeds dichterbij komende horizon de torens van Weesp.